dinsdag 30 juli 2013

Dinsdag 30 juli: Alamosa – Denver

Vandaag de laatste etappe naar Denver en dan zit het er zo’n beetje op. We vertrekken vroeg, in Alamosa hebben we verder niets te zoeken. Dat het doucheputje niet wil doorlopen maakt duidelijk dat ook het hotel afscheid wil nemen. We vertrekken naar het noorden, eerst weer door de prairie met uitgestrooide caravans en wrakstukken, een beeld dat echter naarmate we de bergen naderen heel snel opknapt. Ook de stadjes waar we doorheen komen zien er een stuk beter uit. Het stuk naar Denver is vlot te rijden, omdat een groot deel over de Interstate 25 kan worden afgelegd.
               
Als eerste brengen we de koelbox, stoelen en andere geleende spullen terug bij Loek en Gepke in Aurora. We zijn er blij mee dat we deze spullen konden gebruiken en we hopen dat ook andere reizigers er nog plezier van zullen hebben.

Daarna zetten we koers naar down town Denver, waar we onze intrek nemen in het Double Tree Curtis Hotel, midden in het centrum en vlakbij de “16th Street Mall”, een mooi en sfeervol gedeelte van de stad met winkels, uitgaansgelegenheden, etc. Ook een mooie plek om de laatste dollars er doorheen te jagen en nog wat kleding e.d. te kopen. Ook Nienke en Merijn brengen hier weer uren zoet en gaan zelfs op avontuur met de stadsbus om de lokale Abercombie & Finch op te sporen.



Denver blijkt – vooral down town en in de omgeving daarvan – een verrassend mooie en sfeervolle stad te zijn. Het geheel maakt een relaxte indruk, ondanks dat de stad in oppervlakte erg groot is. In het oude gedeelte is veel oude architectuur bewaard gebleven, soms in combinatie met moderne, wat een bijzonder effect geeft. Een heel goed voorbeeld van hoe men een wijk op een bijzondere manier tot leven brengt is 16th Street en omgeving. Deze lange, brede straat is omgebouwd tot voetgangersgebied, waar alleen shuttlebussen doorheen rijden. Hij is aangekleed met bomen en plantsoentjes, kiosken en eettentjes en zitjes. Er staan zelfs in bonte kleuren geschilderde piano’s waarop iedereen die dat wil kan spelen. Daar wordt veel gebruik van gemaakt, soms mooi, soms niet om aan te horen. Ook in down town Denver zijn de straten schoon en netjes en zie je geen zwerfvuil. In de verte doet het ons aan Toronto denken.



Onze laatste avondmaaltijd van deze reis gebruiken we in een echte Amerikaanse diner, die als sinds 1929 in Curtis Street, vlak bij het hotel, is gevestigd: “Sam’s 3rd”. Je loopt hier bijna een Amerikaanse speelfilm binnen. Tot onze verrassing ontdekken we uitgerekend in deze rommelige tent voor het eerst deze reis de hamburger zoals deze ooit bedoeld moet zijn. Ongetwijfeld de “best burger in town”. Daarnaast heeft deze diner als een van de weinigen een smakelijke vegetarische hamburger op het menu staan. Dat zie je in de VS niet vaak. Een aanrader voor wie Denver aan doet.


’s Avonds nog een rondje door de stad, nog een mall bezocht, wat spullen opgeruimd en de allerlaatste slok Jack Daniels opgemaakt. Morgen is het echt gebeurd en vliegen we weer naar Nederland. 

maandag 29 juli 2013

Maandag 29 juli 2013: Great Sanddunes National Park door Merijn

Na een goede nachtrust in het hotel in Alamosa zijn wij rond negen uur opgestaan. Wij waren vergeten het kaartje met ‘Do not disturb’ op te hangen dus de housekeeping kwam vrolijk onze kamer binnenlopen terwijl wij nog lagen te slapen. Vervolgens vielen wij weer in slaap maar al snel stond mijn moeder voor de deur om ons definitief wakker te maken. Toen zijn wij ons maar gaan omkleden. Rond tien uur waren wij allen zover en vertrokken wij richting het National Park, blij dat wij het saaie stadje achter ons konden laten. Van verre zagen wij de zandduinen al liggen, wat de indruk bij ons wekte dat wij dicht in de buurt waren. Toch is de afstand van Alamosa naar het National Park ongeveer 45 kilometer. Verkijk je hier dus niet op.



Eenmaal aangekomen bezochten wij eerst het Vistitor Center. Niet heel bijzonder, gewoon een Visitor Center zoals je die in andere National Parks tegen zult komen. Na een kwartiertje besloten wij om door te rijden, verder het park in, richting de grote zandduinen. Daar waren wij immers voor gekomen. Het was nog best een stuk lopen de duinen in. Eenmaal wat verder binnengedrongen gingen wij lekker in het zand zitten, gefascineerd door wat wij zagen. Ik kreeg persoonlijk de indruk dat ik in de Sahara bivakkeerde, hoewel ik daar nog nooit geweest ben. Erg indrukwekkend maar tegelijkertijd erg vreemd. Wij waren niet de enigen die door de enorme zandbak heen slenterden.. 

Het viel ons op dat er veel mensen waren die zich van de zandhellingen af lieten glijden. Zij waren aan het zandsurfen, een soort snowboarden maar dan niet op sneeuw maar op zand. Bij Nienke en mij begon het toch wel erg te kriebelen. Het leek ons ook erg leuk om ons van de hellingen af te werpen. Wij besloten om een stel Nederlanders aan te spreken om te vragen waar je nou eigenlijk zo’n speciaal sandboard kon huren. Zij stuurden ons richting de lodge. Voor zo’n twintig dollar had je voor een hele dag beschikking over zo’n sandboard. De lodge lag trouwens niet in het Nationaal Park maar iets daarvoor. Toen wij eenmaal in het bezit waren van zo’n sandboard keerden wij weer terug richting de zandduinen. Eenmaal daar genoten wij enorm. Het was een erg leuke ervaring, hoewel het soms ook wel eng kon zijn. Met een enorme rotgang ga je naar beneden en wij hebben meerdere keren het zand moeten proeven. Desondanks was het het allemaal waard. Na twee uur zijn wij weer van de zandduinen vertrokken, maar goed ook want het weer begon onrustig te worden.




Ik vond het een bijzonder National Park. Het park bestaat niet alleen maar uit zandduinen maar er zijn ook bergen en riviertjes te vinden. Dit biedt de gelegenheid om verschillende activiteiten te ondernemen. Zo kan je ook trials lopen in de bergen en zwemmen in beekjes. 

Na het zandsurfen zijn wij weer richting het stadje vertrokken. Eenmaal bij het hotel aangekomen zijn Nienke en ik het zwembad ingedoken. Erg verfrissend en verschonend want het zand zat werkelijk waar overal. Na een lekker avondmaal besloten wij de rest van de avond op onze hotelkamer te relaxen. Het was een geslaagde dag!

Zondag 28 juli: Montrose – Black Canyon of the Gunnison – Alamosa

Als we wakker worden regent het pijpenstelen. De weersvoorspellingen beloven weinig beterschap: koel weer met aanhoudende buien en flinke kans op thunderstorms in de avond en nacht. Willen we nu nog twee dagen gaan kamperen? Het lijkt ons niet zo’n heel goed plan. In principe kun je onder alle omstandigheden kamperen, maar als eenmaal alles nat wordt en je noodgedwongen onder je tarp moet blijven zitten, gaat de lol er snel af. We besluiten de laatste twee kampeerdagen te verruilen voor een verblijf in een hotel in Alamosa, dicht bij de Great Sand Dunes.
                                                                                          
Eerst doen we nog de Black Canyon of the Gunnison aan, die op de route ligt. Deze spectaculaire canyon bestaat uit donker graniet, waaraan het zijn naam ontleend en ander gesteente dat grillige contrasten en tekeningen op de wand van de canyon vormt. Hij is enorm diep: zou je het Empire State Building op de bodem zetten, dan kwam deze slechts tot de halve hoogte van de kloof. Op een aantal plekken kun je vlak aan de rand komen en kijk je in een duizelingwekkende diepte. Onderin stroomt de rivier the Gunnison. Het lijkt een klein stroompje, maar het is een heuse rivier.



Rond 1900 werd de Gunnison tunnel aangelegd. Deze loopt 6 mijl lang door het graniet – voor die tijd een haast onwerkelijke prestatie – en was destijds bedoeld om de omliggende  prairie geschikt te maken voor de landbouw. De tunnel functioneert nog steeds. Je kunt er vlakbij komen door de weg naar beneden te volgen, die erg steile hellingen en haarspeldbochten heeft. In de canyon is het uitzicht ook erg de moeite waard.



We vervolgen nu onze weg naar Alamosa, die eerst een tijdje met hoge passen door een aantal bergketens voert en uiteindelijk uit komt in een eenzame prairie. Nou, eenzaam. Het landschap wordt ontsierd door stacaravans, autowrakken, oude goederenwagens, verlaten huisjes, alsof een reusachtige hand ze hier heeft uitgestrooid. Omdat we het aantal kilometers tot onze bestemming tot onder de 10 zien dalen, beginnen we ons af te vragen waar we in hemelsnaam een hotel hebben geboekt. Als we aankomen, blijkt het hotel gelukkig een redelijke keuze. het is lelijk en gedateerd, maar wel compleet. Er zijn hier nog veel meer hotels, maar uit niets blijkt dat ze vol zitten. Waar al deze hotels hun bestaansrecht aan ontlenen wordt ons niet duidelijk. We worden nu wel heel nieuwsgierig naar wat Alamosa ons te bieden heeft.

Als we een eerste deel van onze kampeerspullen hebben opgeruimd, besluiten we het plaatsje te verkennen. Daar heb je minder dan tien minuten voor nodig. Het is een gribus, lelijk en rommelig. De ideale plaats, voor degene die daar zin in heeft, om totaal depressief te worden. Zo’n uithoek van Colorado, die gewoon niet mooi is. Je kunt niet alles hebben. We besluiten in het hotel te eten, met die fastfoodketens zijn we wel weer een beetje klaar.




Morgen naar de Great Sand Dunes en dan dinsdag door naar Denver. Het zit er nu bijna op. Onze vroegtijdige opruimactie van bagage en kampeerspullen heeft overigens nog een voordeel: wij zijn eigenlijk bijna klaar voor boarding, dus in Denver hebben we lekker de tijd. 

zaterdag 27 juli 2013

Zaterdag 27 juli: Mesa Verde – Durango – Silverton – Montrose

Vandaag is de reisafstand te overzien en dat is maar goed ook, want op de route – die over de Million Dollar Highway voert – is veel te zien en te doen, waardoor we onze tijd alsnog nodig hebben.

Omdat we bij vertrek niet meer precies weten welke weg ook wel Million Dollar Highway heet, besluiten we hiernaar te vragen in de general store bij de campground. We worden geholpen door meneer Vanderpas (1 x raden waar de familie vandaan komt), die het ons haarfijn uitlegt en nog wat tips geeft die de moeite van het bekijken waard zijn. De Million Dollar Highway blijkt highway 550 te zijn, die tussen Durango, Silverton en Ouray door een berglandschap voert dat aan de Alpen doet denken.

De eerste stop maken we in Old Town Durango. Eigenlijk willen we alleen een SD-kaart voor de Gopro halen, maar omdat we toch moeten zoeken, doen we meteen wat indrukken op. Durango is al vrij oud voor Amerikaanse begrippen en het centrum heeft een leuke, levendige sfeer met – naast de bekende toeristische winkeltjes – boetiekjes, galeries en allerlei horeca. Je kunt hier ook een treinrit maken naar Silverton met een historische stoomtrein. Deze voert door een schitterend landschap. Trek daar wel een hele dag voor uit, want de treinen vertrekken in het hoogseizoen ’s ochtends – 3 in getal – vrij vroeg en kort na elkaar om pas aan het einde van de middag weer terug te komen.



Na Durango gaat het snel de hoogte in, tot zo’n 3000 meter. Een spectaculaire afdaling brengt ons in Silverton, een oud mijnstadje. Ook hier een leuke en authentieke sfeer. We treffen hier ook de stoomtreinen uit Durango. Daarnaast doen we nog een ontdekking: dit gebied is een waar walhalla voor het maken van 4x4 tochten in veel verschillende moeilijkheidsgraden. We smeden nu al plannen om hier nog eens terug te komen.

In de omgeving van Silverton bevinden zich heel veel oude mijnen, die vooral waren gericht op de goudwinning. Een aantal is geopend voor publiek, waarbij je een rondleiding kunt krijgen. Wij zijn meer in voor een self guided tour en daarom gaan we kijken bij de Mayflower Gold Mill. Deze fabriek uit 1929, die het ruwe, in de omgeving gedolven gouderts verwerkte werd in 1991 van de ene op de andere dag stilgelegd en verlaten. Sindsdien is alles onaangeroerd gebleven. Een stichting heeft zich over de fabriek ontfermd en deze opengesteld voor publiek. Voor wie van industrieel erfgoed houdt is een bezoek een echte aanrader.


Na Silverton gaat het verder door hoge bergen over steile passen, langs diepe afgronden en met spectaculaire uitzichten. Zelfs onze Gopro slaat er steil van achterover, want deze laat plotseling los en valt van de auto. Gelukkig vinden we hem onbeschadigd (!) terug en doet hij het nog. Voorbij het plaatsje Ouray, dat zelfs wat Zwitsers aan doet, worden de bergen lager. Het gaat nu vlot naar Montrose.




We overnachten hier in een hotel van de keten Super 8, die we nog niet kenden. Blijkt een prima hotel te zijn, met mooie kamers en een heerlijke douche. Verder blijkt Montrose te beschikken over één van de laatste drive-in bioscopen in Amerika, dus die hebben we nog even in het donker bekeken. Vanaf de weg dan, want om nu nog twee uur in de auto naar een horrorfilm te gaan kijken, nee. Mooi geweest voor vandaag. 

vrijdag 26 juli 2013

Vrijdag 26 juli: Mesa Verde National Park

Vannacht is er niemand opgegeten door de grizzly beren. Vandaag hebben we dus lekker de hele dag de tijd om dit mooie park op ons gemak te bekijken. Er zijn van die plekken op aarde die je als een ‘sacred place’ kunt betitelen en daar is dit er zeker één van. Mesa Verder staat niet voor niet op de Werelderfgoedlijst.

We kunnen hier sporen van oude bewoning zien en bezoeken. Omdat er heel veel te zien is, moet je een selectie maken van wat in één dag past. Om zoveel mogelijk eigen bewegingsvrijheid te hebben kiezen we niet in eerste instantie voor de guided tours, die je moet boeken en dus ook moet plannen. We besluiten eerst tot een self guided tour bij het Spruce Tree House, één van de fraaist bewaard gebleven huizen – of liever nederzetting – gebouwd in een uitsparing in een klif. Spruce Tree House is gebouwd rond 1200 en daarmee eerder één van de latere projecten, voordat de bewoners rond 1300 dit gebied verlieten. Het is mooi bewaard gebleven en erg indrukwekkend om te zien. Ook al is hier dan geen rondleiding met een gids, ook hier liepen twee geweldige rangers rond, die er van alles over konden vertellen.


Ook de grootste nederzetting hebben we bekeken, zij het van een afstand van de overkant van de klif: Cliff Palace, dat – als je goed kijkt – omringd is geweest door nog veel meer vergelijkbare bouwwerken en –werkjes.



Verder hebben we vanmiddag nog even tijd genomen om bij de tent even niets te doen. Gewoon lekker zitten en een boek lezen.  


Donderdag 25 juli: Monument Valley – Mesa Verde

We zijn vanochtend op tijd vertrokken uit Monument Valley. Na een redelijk vliegloze avond werden we al gelijk bij de eerste zonnestralen weer belaagd. We hadden geen zin om zo te ontbijten en zijn dus maar vertrokken. Omdat we lekker op tijd waren konden we een omweg naar Goosnecks Statepark makkelijk inplannen. Hier heeft de San Juan River een meanderende kloof van 300 meter diep uitgeslepen. Erg mooi om even gezien te hebben. Onderweg hebben we heerlijk ontbeten in Bluf bij het Twin Rock restaurant. Daar werden we getrakteerd op een prachtig schouwspel van wel een stuk of 9 kolibries die af en aan vlogen bij de speciaal voor hen opgehangen suikerwaterreservoirs.





We bereikten vrij vlot Mesa Verde en hebben ons kamp opgeslagen op Morefield Campground. ,een wat luxere Camping van de NPS. Er is hier een campingwinkel, een restaurantje, een laundry en douches.
                 
We hebben wat boodschappen gehaald en hebben de rest van de middag gebruikt om het park te verkennen. Er zijn hier diverse klifwoningen te bewonderen. Ze dateren van ongeveer begin 1200. Het is ongelofelijk dat er mensen in die woningen hebben geleefd. Je kan ze bezichtigen door enorme ladders gemaakt van boomstammetjes af te dalen. ( 4 en een half tot 9 en een halve meter hoog.)




Nadat we hadden gegeten hoorden we ineens “ bear… bear “  roepen. Vlak bij de kampwinkel zat een jonge beer ( cub ) de bessen van de struiken te eten. Een alleraardigste ranger hield iedereen op afstand en hij wist ons te vertellen dat het een Grizzly is en dat het een van de twee jongen is die al een paar dagen met hun moeder in de buurt van de camping is gesignaleerd. Geweldig, toch nog een beer gezien deze vakantie ! Misschien morgen ook de moederbeer en het andere jong.  

woensdag 24 juli 2013

Woendag 24 juli Capitol Reef – Monument Valley

Capitol Reef heeft indruk gemaakt. We komen hier zeker nog eens terug. Al is het om de dirt roads te rijden die in verband met de regenval gesloten zijn. Er is een grote kans op flashfloods. Maar wat een fantastische omgeving, ook zonder dirt roads zeer de moeite waard.. Hoge rode rotsen met daarin een groene oase met fruitbomen: Fruita. We bezoeken hier Giffords farm. Kopen er heerlijke versgebakken pie en nemen er ook maar gelijk een beker roomijs bij. In de zon loopt de temperatuur al snel op.


We rijden de scenic route door het park en rijden daar de ene na de andere bui binnen. Al snel vormen zich op de weg bruine stroompjes water. De dirt roads zijn gesloten dus keren we om en vertrekken richting Monument Valley. Onderweg gluren we nog even het oude schoolgebouwtje binnen (piepklein, bestaat uit een lokaal) en bekijken nog wat petrogliefen. Onderweg maken we nog een spectaculaire afdaling op gravel met haarspeldbochten, waar de versmalde weg zich langs een torenhoge klif naar beneden slingert. Krijgen we toch nog een dirt road.



Monument Valley valt ons tegen. Het valt ons op dat er in tegenstelling tot de rest van de VS  veel zwerfvuil ligt. Onze cabin op Gouldings campground is ronduit vies. We worden belaagd door vliegen en moeten eerst de plakresten van de picknicktafel halen. De douchedeur hangt nog aan één scharnier en binnen is alles oud en ranzig. Jammer, en veel te duur betaald, dit was het niet waard !! Het is een bijzondere plek met een rijke historie. We kijken nog of we mee kunnen met een jeeptour. Helaas vragen ze hier enorme bedragen per persoon voor, we hebben het er niet voor over. Dit is zo’n park waarvan je denkt, leuk om gezien te hebben en nooit mee terug komen.


Morgen verder naar Mesa Verde waar we weer twee nachten willen kamperen. 

dinsdag 23 juli 2013

Dinsdag 23 juli: Las Vegas – Capitol Reef

Vandaag hebben we een serieus lange rit voor de boeg. Na ons bezoek aan Las Vegas willen we de draad weer oppikken bij Capitol Reef en dat betekent ruim 500 kilometer ‘terug rijden’, ten noorden van Zion en Bryce naar het oosten.

Op onze nieuwe banden maken we toch nog de omweg naar de Valley of Fire. Dat blijkt zeker de moeite waard, want het park maakt indruk met zijn rode gesteente. Heel bijzonder ook zijn de 4000 jaar oude petrogliefen in Atlatl Rock, die door de indianen zijn aangebracht en die je vanaf een bordes kunt bezichtigen.





Nadat we van de I 25 zijn afgeslagen, beginnen we aan het laatste kwart van onze tank. Hoewel je in de VS bijna altijd wel regelmatig een tankstation tegenkomt en een kwart tank als ruim voldoende reserve geldt, rijden we nu zo’n eenzaam gebied binnen dat we ons langzaam begonnen af te vragen of er überhaupt nog iets van menselijk beschaving in de omgeving zou zijn. Gelukkig vinden we bij Otter Creek een bijna prehistorisch tankstationnetje. Op de pomp hangt een kaartje dat het telwerk is blijven vastzitten in een periode dat de benzine nog de helft goedkoper was en dat we de prijs moeten verdubbelen. Als de pomp eenmaal is aangezet komt de benzine er met horten en stoten uit, maar we hebben wel een volle tank! Wel met het vage vermoeden dat we er iets te veel voor betaald hebben..

Nu zitten we lekker bij te komen op ons balkonnetje van het hotel, met uitzicht op Capitol Reef. Net heerlijk Mexicaans gegeten bij een restaurantje/tankstation hier vlak naast. Een biertje bij het restaurant werkt als volgt, je gaat naar het tankstation en haalt er een biertje. Daar openen ze het ook voor je. Vervolgens ga je terug naar het restaurant waar je er een glas bij krijgt. 


Morgen een bezoek aan Capitol Reef en hopelijk een stukje dirt road. Daarna door naar Monument Valley. 

Las Vegas door Nienke

‘Wow’ was toch wel mijn eerste reactie toen we na een vakantie vol natuur een stad als Las Vegas binnen reden. ‘’Een pretpark voor volwassenen’’ beginnen Merijn en ik het al snel te noemen. Het is overdonderend en we kijken onze ogen uit. Dezelfde avond ‘reizen’ we door Italië (het Venetian met haar gondels, het Sant Marco plein en  het Italiaanse schepijs; het Caesar Palace waar we ons in Rome verkeren), Frankijk (met haar Parijse Eiffeltower) en we wandelen door het Midden Oosten (met haar nagebootste Arabische pandjes en blauwe luchthemel waardoor je je als snel in Arabische sferen begeeft). ’s Middags was ons oog al gevallen op de achtbaan bij hotel New York New York en we zijn toch wel erg benieuwd naar de prijzen van zo’n achtbaanritje. We volgen kris kras door de gokhallen de borden met ‘Rollercoaster’ en vinden zo uiteindelijk de ingang – met de enorme rij ervoor was deze niet te missen. Een achtbaanritje kost 14 dollar, maar we hebben het er niet voor over. We hebben meer zin in shoppen, dus op naar de Shopping Malls! We begeven ons al snel tussen de meest exclusieve winkels als Dior, Louis Vuitton, Prada en Chanel: helaas onbetaalbaar voor ons. Gelukkig stuiten we ook op een Abercrombie en een H&M (en nee, deze H&M is niet te vergelijken met de H&M’s die we in Nederland kennen – een ware discotheekachtige winkel). De volgende dag shoppen we in een ander winkelcentrum waar we op een Forever 21 stuiten. Ik blij, Merijn iets minder aangezien de herenafdeling naar Merijns zeggen wel 40 keer zo klein is al de damesafdeling. Daarnaast raken we elkaar er ook nog eens in kwijt, waardoor we zeker een half uur naar elkaar op zoek zijn. Merijn verzocht tot twee keer toe de winkelmedewerker om mijn naam om te laten roepen, maar helaas werd hier geen gehoor aan gegeven. Gelukkig zag Merijn mij in een ooghoek, per toeval, en vonden we elkaar weer. De Forever 21 was nu officieel door ons benoemd tot ‘Forever in the shop’.


Maandag 22 juli: Las Vegas

Dat Las Vegas een enorm gekkenhuis is wisten we natuurlijk al van ons vorige bezoek, maar vandaag dompelen we er ons toch maar weer eens in onder. Een volle dag in de stad levert ons dubbele gevoelens op.

Vandaag beginnen we lekker opgefrist door een hele goede nachtrust in een heerlijk bed. We vertrekken als eerste naar Down Town LV ten noorden van de “Strip”, de plaats waar het voor deze stad allemaal is begonnen. De oude casino’s van vroeger staan er nog, onder andere aan Main en Freemont Street. Hoewel het ook hier een gekkenhuis is van casino’s, optredens, straatartiesten en schreeuwerige reclames, heeft het ergens wel iets. Vooral als we ’s avonds nog een keer terug komen om foto- en videomateriaal op te nemen is het bij de “Freemont Street Experience” enorm druk met een kakefonie van herrie. Toch maakt de gigantische overkapping van de straat, waarop allerlei beelden worden geprojecteerd, wel indruk.



Verder shoppen we vandaag lekker wat dollars weg op een van de outlet centres die de stad rijk is. Prima gelegenheid om voor relatief lage prijzen mooie kleding te kopen. Wat niet weg neemt dat we vrij snel op de shopping mall zijn uitgekeken. We rijden ook nog naar de Boot Barn aan de zuidzijde van de stad, waar Monique en Nienke echte cowboylaarzen kopen. Leuke ervaring, een schuur met 10.000 paar laarzen en een enorm assortiment aan kleding, hoeden en cowboy-achtige kleding en gadgets. De echte fan kan hier zelfs John Wayne mokken kopen.



Nienke en Merijn zijn vrijwel de hele dag samen in de stad, ze kunnen er geen genoeg van krijgen en genieten er met volle teugen van.

En nu we er toch zijn wagen we ons ook maar eens voor het eerst aan de roulettetafel. Na een korte fase van beginnergeluk is er 65 van de 100 gereserveerde dollars verdampt en besluiten we dit spel verder maar aan anderen over te laten.



Vandaag nemen we ook afscheid van Karin en Marc, die ons trakteren op een afsluitend etentje. Morgen vliegen zij terug naar Nederland. Wij gaan dan nog een weekje de rust in van een aantal nationale parken om zo weer richting Denver af te zakken.

Zo’n intensieve dag Las Vegas levert ons wel dubbele gevoelens op. De eerste indrukken komen nogal binnen: de grootsheid, de verlichting, de herrie, de mensen, de drukte. Als je verder kijkt zie je ook andere dingen. De mensen die schandalig gewonnen hebben. De mensen die verschrikkelijk verloren hebben. Tussen die twee uitersten wurmen zich grote massa’s verwende, opgeblazen en soms zelfs verveeld kijkende vakantiegangers door een jungle van totale decadentie. Het blijft moeilijk om te beseffen dat deze stad van onvoorstelbare verspilling en plat vermaak in schril contrast staat met een groot deel van de wereld dat niets heeft. Het is ergens heel oneerlijk. In de loop van de dag stoffen we zelfs het woord “verdorven” even af.


De indrukken zijn enorm, we hadden het niet willen missen, maar of Las Vegas ooit echt iets voor ons zal zijn? Nee. Het past niet bij de manier waarop wij in het leven staan.

maandag 22 juli 2013

Zondag 21 juli: Zion NP – Las Vegas

Vandaag reizen vanuit het gebied met de machtig oprijzende kliffen naar een heel ander soort bestemming: Las Vegas. Wij zijn er al eens geweest en weten zo’n beetje wat ons te wachten staat, maar voor Karin, Marc en Nienke is het de eerste keer. Hier zullen onze wegen ook scheiden, want Karin en Marc reizen dinsdag terug naar Nederland.

Als we vlak buiten Zion in Springdale eerst even tanken, komt de plaatselijke garagehouder naar ons toe. Hij vraagt of de grote Toyota bij ons hoort en wil ons iets laten zien. “Your front tire is falling apart”, zegt hij. Samen bekijken we de band. We wisten dat de auto op behoorlijk versleten banden stond en niet helemaal goed uitgelijnd is, maar in Denver – in het donker en na een lange vliegreis – was het niet opgevallen. Nu laat hij ons zien waar het rubber los laat en zelfs het stalen harnas tevoorschijn komt op een plek die je niet kunt zien zonder onder de auto te gaan hangen. De man heeft deze bandenmaat niet op voorraad en kan ons dus niet helpen. We rijden daarom enigszins ongemakkelijk en niet te snel van het Colorado Plateau af naar Las Vegas en slaan de Valley of Fire en de dirt road die we in gedachten hadden over. We besluiten dat Alamo ons straks van nieuwe banden of een andere auto moet voorzien.

De oplossing is Amerikaans en dus verloopt het allemaal vrij soepel. Een telefoontje is genoeg. We mogen naar Firestone Complete Auto Care hier vlak in de buurt en na een uurtje harrewarren tussen de garagehouder en Alamo staat de Toyota op vier nieuwe banden. Alamo krijgt van ons nog wel iets te horen - het gaat toch om veiligheid – terwijl Firestone de dagprijs voor klantgerichtheid krijgt.

Tuscany Suites and Casino ligt vlakbij het midden van strip, waar je onder andere het Bellagio en andere grote casino’s vindt. De ligging aan Flamingo Road is relatief rustig. Tien minuten lopen en je staat midden in het gekkenhuis. Het hotel is net een dorp met een aantal lage flatgebouwen en een centraal gedeelte. De suites – kamer kunnen we niet zeggen – zijn enorm groot en compleet: een zithoek voor vier personen, keukenblok (zonder kookgelegenheid, maar met koelkast), eetkamertafel en gescheiden douche en toilet. En dat voor heel weinig geld, ongeveer Eur 30,- per nacht. Daarbij heb je ook nog de beschikking over de fitnessruimte en een zwembad. Uiteraard is er ook een casino.





We zijn een stukje de Strip op gelopen. In het donker maken we met de Gopro op de auto nog wat opnamen van de kermisverlichting en de enorme drukte.

zondag 21 juli 2013

Zaterdag 20 juli: Zion

Zion is onvoorstelbaar mooi. Ook hier zijn de enorme kliffen in dit gebied, de hoogste ter wereld, gevormd tijdens het ontstaan van het Colorado plateau, miljoenen jaren geleden. Ze bestaan deels uit het rode, ijzerhoudende gesteente en onder enorme druk samengeperste zandduinen, die nu uit zandsteen bestaan. De canyon is gevormd door de Virgin River, die vele honderden meters onder te toppen door een groene, vredig ogende vallei stroomt.



Veel bergen hebben hier namen, waaronder het bekende Angels Landing. Alleen die naam zegt al iets over de hoogte en het mystieke karakter van dit gebied. Er loopt een trail naar toe, maar die is echt voor goed getrainde gevorderden en wij besluiten hiervoor ‘in een later stadium nog eens terug te komen’. Ook de bekende Narrows slaan we over: in verband met de regenval in de omgeving van Virgin River is de kans op flash floods ons te groot.



Wel lopen we de korte trail naar Hidden Canyon. Ook deze gaat behoorlijk de hoogte in, waarbij de worden getrakteerd op onwerkelijke vergezichten over de canyon. Later besluiten we om ook de korte trail te lopen aan de oostkant van de Carmel tunnel, maar omdat zich boven onze hoofden een onweer ontwikkelt, breken we deze wandeling af.

Karin en Marc lopen de River Vieuw trail en de Lower, Middle en Upper Emerold Pool trail. Ook zijn ze gaan kijken bij het begin van de Narrows waar ze zelfs een stukje het water in gaan. Nienke en Merijn vermaken zich met een opblaasband bij de Virgin River.


Door de buien is de Virgin River wat bruin gekleurd door alle zand dat vanaf de bergen wordt meegespoelt. Het blijft wel lekker pootjebaden.

Vanavond lekker Mexicaans gegeten in Springdale, een klein en gezellig stadje, en morgen naar Las Vegas. Wat een tegenstelling.


Vrijdag 19 juli: Grand Canyon – Zion

Vandaag een relatief korte reisdag naar Zion. We rijden een deel van de route van gisteren nog een keer in omgekeerde richting en vanaf deze kant is het uitzicht op the Grand Staircase nog mooier. We rijden Zion aan de oostkant binnen. Weer zijn we onder de indruk van dit prachtige park met zijn rood/roze en witte kleuren. We maken even een stop bij Checkerboard Mesa. Een grote witte rots met een schaakbordpatroon er in. We rijden door de twee tunnels in Mount Carmel en dan zijn we bij onze campground (Watchman)

Nadat we ons hebben geïnstalleerd worden we van de campground gejaagd omdat er een bermbrand is uitgebroken. Er komt een ranger langs die ons sommeert om in de auto te stappen en “ get the hell out of here “ .  De harde wind wakkert het vuur aan en het lijkt nogal groot. Van diverse kanten komen brandweerauto’s aanrijden. Het vuur is daarna snel onder controle. Uiteindelijk bleek er maar een klein gedeelte afgebrand te zijn, maar we konden wel goed zien hoe snel een brand aanwakkert.


Donderdag 18 juli: Grand Canyon North Rim

De North Rim van de Grand Canyon is veel minder toeristisch dan de South Rim, die voor veel reizigers meer voor de hand ligt en in een aantal opzichten ook beter bereikbaar is. Wij rijden er naar toe via Kanab, waar we ook boodschappen doen. De rit is vol van spectaculaire vergezichten, we pikken onder andere een stukje mee van de Grand Staircase, die ons met enorme hoogteverschillen confronteert. De uitzichten zijn adembenemend.

Vanaf de ingang van het National Park is het nog een heel eind rijden naar de lodge, de afstanden zijn erg groot. Als we bij de lodge aankomen is het opeens toch wel weer druk. Wij krijgen de sleutels van ons huisje en komen al snel tot de ontdekking dat een 6 persoons cabin geen 6 personen kan herbergen. Officieel kan dit door een slaapbank uit te klappen, maar dat levert een heel dun soort van anderhalfpersoons bed op, ondersteund door boomstammetjes. Het slaapt voor geen meter. Gelukkig hebben we de kampeeruitrusting bij ons, zodat Michiel op de grond kan slapen, terwijl Monique in een soort proces van rebirthing terecht komt als zij door de bank wordt opgeslokt. Daarentegen is de ligging, direct aan de rand van de canyon, fenomenaal.




We worden getrakteerd op een paar stevige onweersbuien. Als het weer is opgeklaard maken we een wandeling langs de Bright Angel Point Trail. De gezichten op de canyon zijn aan de noordkant imposanter dan aan de zuidkant. Op de en of andere manier lijkt de canyon aan deze kant dieper.



Woensdag 17 juli: Bryce Canyon

Hoewel Bryce voor ons bekend terrein is valt er nog genoeg te ontdekken. We beginnen met het bezoeken van de bekende punten per auto. Als bij het eerste punt valt het ons op hoe enorm druk het is in vergelijking met vier jaar geleden. Vooral de Chinezen lijken de VS als vakantiebestemming te hebben ontdekt en zij reizen echt met busladingen tegelijk. Op de parkeerplaatsen is het druk met touringcars, campers en auto’s Wij vermoeden dat dit park binnenkort alleen nog met een shuttle bus te betreden is, net als in Zion al jaren het geval is.



Marc en Karin lopen de Fairytale Trail. Deze prachtige wandeling begint op North Campground en gaat de canyon in. Monique, Merijn en Nienke huren een mountain bike. Zij zijn net op tijd terug voordat er een enorme regenbui valt. In het hele gebied is de atmosfeer nogal instabiel, zodat er gerekend moet worden op ‘thunderstorms’.




Verder lukt het vandaag prima een mooi vuurtje te stoken in de vochtige en ijskoude barbecue ring. Een tip bij het stoken van vuur in zo’n ding: leg onder het rooster eerst een drietal blokken langs de ijzeren randen en steek daarbinnen een stapeltje aanmaakhout aan. Zo blijft de warmte van het beginnende vuurtje ‘binnen’ en gaat de rest bijna vanzelf. Het oventje dat je zo maakt stookt zichzelf in de loop van de avond op.   


Je zet even je afwasteiltje op de grond en je hebt zo bezoek ;-)

Dinsdag 16 juli: Salt Lake City – Bryce Canyon

Omdat we besloten hebben niet al te vroeg te vertrekken, hebben we tijd om ’s ochtends nog even een wandelingetje door downtown SLC te maken. Het valt ons op hoe het er zelfs midden in de ochtendspits allemaal relatief rustig aan toe gaat. Het maakt allemaal een relaxte indruk. Alles ziet er in dit gebied netjes, aangeharkt en opgepoetst uit. Zelfs de tramhaltes zijn zorgvuldig en met veel gevoel voor detail ontworpen. Een deel is ongetwijfeld erfenis van de Olympische Winterspelen, maar de stad maakt op zichzelf ook een rijke indruk. Ongetwijfeld speelt de invloed van de Mormoonse gemeenschap hier een rol.

We komen tot de conclusie dat Salt Lake City een mooie stad is die alles in zich heeft om tijdens een volgende reis nog eens aan te doen. Er zijn zeker een paar aangename dagen door te brengen.

Nu zakken we af naar het gebied van de canyons in Utah. Als eerste komt Bryce Canyon aan de beurt. Hier zijn we al eens eerder geweest, maar we rijden nu via een andere route en de nadering – via Dixie en Red Rock National Forest – is ronduit spectaculair. Wel is er heel veel veranderd en naar onze smaak niet in positieve zin. Ruby’s Inn is de laatste vier jaar uitgebreid tot een enorme ‘ tourist trap’ waar weinig meer aan is.

Omdat we te laat waren met boeken op Sunset Campground (in het park) hebben we geboekt bij Ruby’s Campground. Voor ons als tentkampeerders, die graag op een mooie, eenvoudige en rustige plek staan, blijkt deze camping een regelrechte verschrikking te zijn. We krijgen eerst per ongeluk RV-plaatsen toegewezen, die we niet accepteren. Het blijkt gelukkig een fout te zijn en we mogen een plek op het tentenveld uitzoeken. Ook dit ziet er naar onze maatstaven niet best uit. We besluiten toch even te gokken op vrije plaatsen op een campground in het park. Sunset blijkt inderdaad vol, maar op North zijn nog plekken zat. Daar gaan we staan en annuleren vervolgens Ruby’s. Hoewel ‘not amused’ geeft de eigenaar ons geld terug. Een hele meevaller, want in principe hebben ze keurig geleverd wat we hadden gevraagd.


En zo staan we hier: met alles wat we nodig hebben: kampvuur, enorme karbonades er op, de mooiste sterrenhemel die je maar kunt wensen en vooral rust. Helemaal voor elkaar!

Maandag 15 juli: Grand Teton – Salt Lake City

Vandaag nemen we in de vroege ochtend afscheid van de Tetons en gaan we onderweg naar Salt Lake City. Het is weer een flinke rit, maar omdat we op de highway het grootste deel 65 mph mogen rijden en er nog een flink stuk Interstate 80 bij zit, is de rit best vlot te doen.

Ook vandaag zien we het landschap voortdurend veranderen. Via de groene, beboste heuvels bij Jackson komen we weer in cowboy-landschap, daarna in een droge woestijn en vervolgens in de hoge heuvels die de stad omringen. Voor Salt Lake City maakt de snelweg een enorm lange afdaling om vervolgens in de vallei uit te komen waar de stad ligt.

We hebben kamers in de Howard Johnson Express. Prima kamers voor een redelijke prijs.

Omdat we hier in eerste instantie alleen zouden overnachten, hebben we ons niet erg verdiept in deze stad. Maar omdat we lekker op tijd zijn kunnen we toch even een aantal plekken bezoeken. Natuurlijk mag een bezoek aan het door Mormonen gestichte Temple Square niet ontbreken. We raken hier onder de indruk van de grootsheid van de gebouwen die hier in de loop der tijd zijn neergezet, veelal gebouwd door vrijwilligers. En alles is betaald, zo verzekerde ons een vriendelijke host. De Mormonen bouwen pas iets als ze er geld voor hebben en zij hebben dus geen hypotheken. Om een indruk te geven: een van de gebouwen is zo groot dat er een zaal in zit met plaats voor 21.000 mensen.





Verder ziet het centrum van SLC – Amerikanen korten graag af – er bijzonder schoon, smaakvol en fleurig uit. Het is een erg aantrekkelijke stad om in te verblijven. Zeker de moeite waard om er bij een volgende reis een wat langer oponthoud te plannen.

Alle bekende modewinkels zijn hier vertegenwoordigd. Nienke en Merijn worden er erg blij van, en wij stiekum ook wel een beetje.

Als kaarsje op de taart komen we ‘s avonds onderweg naar het hotel in een enorme onweersbui terecht en regenen we allemaal tot op onze botten nat. Mooi moment om lekker in bed te kruipen. 


zondag 14 juli 2013

Zondag 14 juli: Grand Teton

In de vroege ochtend loopt plotseling een Coyote met ‘iets’ in zijn bek over de camping. Snel de camera gepakt, maar te laat. Het blijft een bijzonder idee dat er allerlei dieren tussen de tentjes scharrelen.

Als iedereen wakker is beginnen we deze stralende zondag met een uitgebreid ontbijt: scrambled eggs, bacon, mushrooms en niet te vergeten Aunt Jemima’s pancakes. The all American way. Vervolgens bedenken we wat we vandaag zullen gaan doen.

Een van de ideeën is raften, maar dat moet je echt plannen en reserveren in Jackson, best omslachtig dus. Een aardig alternatief wordt gevonden in het huren van een motorbootje bij Colter Bay Marina. We huren voor 80 dollar twee uur een bootje en tuffen er mee Colter Bay op. Dat varen is erg leuk. Niet alleen heb je prachtige gezichten op de Tetons, je kunt ook vogels spotten en tussen kleine eilandjes doorvaren. Marc en Merijn wagen zich zelfs aan een zwempartij in het best koude water. We brengen het bootje drie kwartier te laat terug, omdat we het beschutte haventje over het hoofd zien. Erg leuk uitstapje, bij de Marina kun je ook kano’s huren.





’s Middags rijden we nog een stuk door Grand Teton NP. We nemen nog een kijkje bij Jenny Lake, waar het wel erg toeristisch en druk is. Eigenlijk zijn wij wel erg blij met onze camping, waar de uitzichten en de natuur niet minder mooi zijn.





Morgen weer een lange reisdag voor de boeg naar Salt Lake City.

Zaterdag 13 juli Yellowstone – Grand Teton.

Vandaag verhuizen we ons kamp naar Grand Teton NP. Een kort ritje aangezien de parken Yellowstone en Grand Teton bijna tegen elkaar aan liggen. Toch staan we op tijd op omdat het niet mogelijk is om een plek in Grand Teton te reserveren. Als we Yellowstone uitrijden komen we al een bord tegen dat de camping bij Jenny Lake vol is. Dan maar ter plekke kijken wat we nog tegen komen. We komen terecht op Colter Bay campground. Een grote camping met ruime plekken. Er zijn ook douches ( dat is best bijzonder voor een camping in de NP’s ) Er is een supermarkt en een souvenirwinkel, een restaurant en een haventje. Kortom, zoveel luxe zijn we niet gewend. Toch staan we hier met z’n zessen voor maar 42 dollar voor 2 dagen. Spotgoedkoop dus !

Michiel, Merijn, Nienke en Monique verkennen ’s middags het leuke supertoeristische stadje Jackson. Het is nog best een afstand maar zeker geen straf om te rijden. We rijden dwars door het park …. indrukwekkend mooi !  Op de terugweg hebben we nog wat foto’s gemaakt van de barn op Mormon Row. Klein stukje greenlaning ( stelt echt niets voor ;-) )



Karin en Marc verkennen de omgeving bij de camping. We zijn nog steeds in Bear Country en zij stuiten op een enorme pootafdruk. De berenbel werd onmiddellijk geactiveerd, deze zit normaal vast met een magneet.


Morgen een lekker rustig dagje……

zaterdag 13 juli 2013

Vrijdag 12 juli: Yellowstone NP

Voor Nienke en Merijn werd het een spannende nacht. Ze werden gewekt door en allesomvattende stank. Waarschijnlijk een bizon die langs hun tentje liep, zij dachten een beer J Nienke kon niet langer tegen de stank en besloot met deodorant te gaan spuiten. Gelijk daarna beseften ze zich dat dit geen handige zet is in bear country. ( Je moet immers alles met geurtjes juist opbergen om geen beren te lokken ) Gevolg : Ze hielden samen een nachtje de wacht ;-)




Na een slow start (voor ons doen ) en een heerlijk ontbijt met een zelfgebakken broodje uit de Dutch Oven vertrekken we in westelijke richting voor een rondje Yellowstone. We komen langs prachtige waterwallen en in de Yellowstone Valley zien we groepen bizons grazen. Ook bezoeken we de stoomvelden bij Norris. En de trekpleisters Old Faithfull ( overigens een stuk hoger en ook langer spuitend dan de Stokkur op IJsland die we vorig jaar bezochten ) en de Grand Prismatic met zijn kleurenpracht. Het was een lange dag en we hebben met volle teugen genoten. In Yellowstone is geen WIFI, er is sowieso geen GSM bereik.